Inhoud
  • Over de Erfgoedmonitor
  • Veelgestelde vragen
Logo van Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed - Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
De Erfgoedmonitor
menu
  • Home
  • Onderwerpen
  • Indicatoren
  • Favorieten
  • Data vergelijken
  • Databank
  • Nieuws en Updates
  • Contact
Home > Indicatoren > Subsidie voor onderhoud - aantal terugkeerders en hoogte subsidie

Subsidie voor onderhoud - aantal terugkeerders en hoogte subsidie

Publicatiedatum: 27 juli 2020 Opslaan in mijn favorieten 

95% van de monumenten waarvoor in 2006 instandhoudingssubsidie werd verleend heeft in 2012-2018 opnieuw subsidie gekregen. 78% hiervan valt in de categorie molens.

  • Terugkeerders
  • CBS-cat.
  • € jaar verlening
  • € jaar terugkeer
Staafdiagram met het percentage terugkeerders per jaar 2012-2018 na Brim-subsidie in 2006-2010.
Bekijk gegevens in de databank.
Download gegevens in spreadsheet
Vier staafgrafieken met het aantal terugkeerders per cbs-categorie over de jaren 2006-2011.
Bekijk gegevens in de databank.
Download gegevens in spreadsheet
Staafgrafiek met de totale subsidie per jaar van verlening 2006-2011.
Bekijk gegevens in de databank.
Download gegevens in spreadsheet
Staafgrafiek met de totale subsidie per jaar van terugkeer 2012-2018.
Bekijk gegevens in de databank.
Download gegevens in spreadsheet

In bovenstaande grafieken wordt het aantal terugkeerders per jaar en per CBS-categorie weergegeven, de hoogte van het totale oorspronkelijk verleende bedrag in 2006-2012 en het totale verleende bedrag bij terugkeer in de jaren 2012-2018.

Terugkeerders

Eigenaren kunnen subsidie krijgen voor sober en doelmatig onderhoud van een monument voor een periode van zes jaar. Na die periode kunnen ze opnieuw subsidie aanvragen voor een periode van zes jaar. Eigenaren die in 2006 een subsidieverlening kregen voor hun monument konden dus vanaf 2012 een nieuwe subsidieaanvraag doen, eigenaren met een verlening uit 2007 vanaf 2013, enzovoort. Dat betekent dat eigenaren die in 2006 en 2012 een subsidieverlening gekregen hebben in 2018 voor de derde keer een subsidieaanvraag konden doen.

Aantal terugkeerders instandhoudingssubsidie 2006 95% waarvan 75% molens

Van de 1.055 monumenten waarvoor in 2006 een subsidieverlening is afgegeven, hebben er 831 (79%) in 2012 een nieuwe verlening gekregen, 67(6%) in 2013,  41 (4%) in 2014, 28 (3%) in 2015, 13 (1%) in 2016 en 20 (2%) in 2017. In 2018 zijn er geen monumenten uit aanvraagjaar 2006 teruggekeerd. Daarmee heeft in zes jaar 95% van de monumenten waaraan in 2006 instandhoudingssubsidie was verleend een nieuwe verlening gekregen voor een periode van zes jaar.  

Deze eerste groep Sim-deelnemers bestond voor het grootste deel uit molens: 789 van de 1.055  (75%). 782 hiervan hebben in de periode 2012 t/m 2017 een nieuwe verlening gekregen. Het terugkeerpercentage van molens uit 2006 is daarmee 99%. In 2018 konden deze 782 molens opnieuw een aanvraag indienen. Het terugkeergedrag van deze groep laat hetzelfde beeld zien. Het terugkeerpercentage van molens is uitzonderlijk hoog vergeleken bij andere categorieën en hangt vermoedelijk samen met de hoge organisatiegraad van het molenveld. Koepelorganisatie “Vereniging De Hollandsche Molen” informeert eigenaren actief over het moment waarop een nieuwe subsidieaanvraag gedaan kan worden. Bovendien heeft de vereniging een programma ontwikkeld, waarmee eigenaren relatief eenvoudig een onderhoudsplan kunnen opstellen in het format van de subsidieaanvraag.

Meeste terugkeerders uit 2007 en 2008 vooral woonhuizen/gebouwen

Van de 1.482 monumenten waarvoor in 2007 een subsidieverlening is afgegeven hebben er 857 (58%) in 2013 een nieuwe verlening gekregen, 261 (17%) in 2014, 60 (4%) in 2015, 24 (2%) in 2016 en 16 (1%) uit 2017. In 2018 zijn er geen monumenten uit aanvraagjaar 2007 teruggekeerd. Daarmee is na vijf jaar 82% uit 2007 teruggekeerd met een verlening voor een nieuwe periode van zes jaar. 800 (66%) van deze verleningen betrof de categorie woonhuizen/gebouwen. Van de 1.065 monumenten waarvoor in 2008 een subsidieverlening is afgegeven hebben er 500 (47%) een nieuwe verlening gekregen in 2014, 113 (11%) in 2015, 38 (4%) in 2016, 19 (2%) in 2017 en 21 (2%) in 2018. Daarmee is na vijf jaar 65% uit 2008 teruggekeerd met een verlening. Meer dan een derde hiervan (283, 41%) waren woonhuizen/gebouwen.

Terugkeerders uit 2009, 2010 en 2011 vooral kerken

Van de 799 monumenten waarvoor in 2009 een subsidieverlening is afgegeven kregen er 264 (33%) in 2015, 145 (18%) in 2016, 44 (6%) in 2017 en 24 (3%) in 2018 een nieuwe verlening, dat is 60% van de oorspronkelijke groep. De grootste groep terugkeerders waren 253 kerken, 39% van het totaal aantal terugkeerders uit 2009. De op een na grootste groep betrof woonhuizen/gebouwen (86, 18%).
Van de 577 monumenten waarvoor in 2010 een subsidieverlening is afgegeven, hebben er 326 (56%)  in 2016, 132 (23%) in 2017en 34 (6%) in 2018 een nieuwe verlening gekregen. Er is dues bij 85% sprake van monumenten die na drie jaar terugkeren in de regeling. De grootste groep wordt ook hier gevormd door kerken, namelijk 68% van het totaal aantal terugkeerders uit 2010.
Van de 815 monumenten waarvoor in 2011 een subsidieverlening is afgegeven, kregen er 314 (39%) in 2017 en 103 (13%) in 2018 een nieuwe verlening, hetgeen neerkomt op 51% van de monumenten die direct terugkeert in de regeling. Wederom bestaat de grootste groep uit kerken: 53%.
Van de 2.114 monumenten waarvoor in 2012 een subsidieverlening is afgegeven, hebben er 1.292 in 2018 een nieuwe verlening gekregen, 61%. Nu waren molens de grootste groep: 52%.

Gemiddeld is 53% van alle monumenten direct na 6 jaar teruggekeerd in de regeling. 14% na 7 jaar en na 8 jaar is het gemiddelde percentage terugkerende monumenten max. 4%.

Verleende subsidie terugkeerders uit 2007 en 2012 hoger

In 2006 kregen eigenaren van monumenten in totaal bijna €34 miljoen aan subsidie, waarvan ruim €30 miljoen ging naar de groep eigenaren die in 2012 t/m 2017 terugkeerde. Bij terugkeer in 2012 t/m 2017 kreeg deze groep in totaal eveneens €30 miljoen euro aan subsidie.

In 2007 kregen eigenaren van monumenten in totaal ruim €19 miljoen aan subsidie, waarvan ongeveer €15 miljoen aan eigenaren die in 2013 t/m 2017 terugkeerden. Bij terugkeer in 2013 t/m 2017 kreeg deze groep in totaal ruim €17 miljoen euro aan subsidie verleend. Dat dit bedrag hoger was dan in 2007 werd voornamelijk veroorzaakt door de woonhuizen. Het subsidiepercentage voor deze categorie ging omhoog van 25% naar 50%.

In 2008 werd in totaal ongeveer €22 miljoen aan subsidie verleend, waarvan bijna €16 miljoen naar de groep eigenaren ging die in 2014 t/m 2018 terugkeerde. Bij terugkeer in 2014 t/m 2018 kreeg deze groep in totaal een ruime €13 miljoen aan subsidie verleend.

In 2009 kregen eigenaren van monumenten in totaal bijna €50 miljoen aan subsidie verleend, waarvan €38 miljoen naar de groep eigenaren ging die in 2015 t/m 2018 terugkeerde. Bij terugkeer in 2015 t/m 2018 kreeg deze groep in totaal een ruime €15 miljoen euro aan subsidie verleend. Dit lagere bedrag wordt verklaard doordat er relatief veel kerken bij de terugkeerders zitten. Die konden in 2009 tot 500.000 euro aan subsidie krijgen en in 2015 vanwege de herbouwwaardesystematiek en een lager subsidiepercentage aanzienlijk minder.

In 2010 werd in totaal bijna €68 miljoen aan subsidie verleend, waarvan bijna €60 miljoen naar de groep eigenaren ging die in 2016 t/m 2018 terugkeerde. Bij terugkeer in 2016 t/m 2018 kreeg deze groep in totaal ruim €27 miljoen aan subsidie verleend. Dit lagere bedrag kan opnieuw worden verklaard door de grote hoeveelheid kerken die bij de terugkeerders zitten.

In 2011 kregen eigenaren van monumenten in totaal €58 miljoen aan subsidie, waarvan €40 miljoen aan eigenaren die in 2017 en 2018 terugkeerden. In het jaar van terugkeer kreeg deze groep in totaal€14 miljoen subsidie verleend. Dit verschil kan opnieuw  worden verklaard door de grote groep kerken.

In 2012 kregen eigenaren van monumenten in totaal ruim €48 miljoen aan subsidie, waarvan ruim €33 miljoen aan eigenaren die direct in 2018 terugkeerden. In het jaar van terugkeer kreeg deze groep in totaal €44 miljoen subsidie verleend. Dat dit bedrag hoger was dan in 2012 kan worden verklaard door de wijziging van de maximale subsidiabele kosten. Deze veranderden van maximaal €50.000 naar 3% van de herbouwwaarde van het monument.

Bronnen: 

Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed - eigen registratie

Peildatum: 

September 2018

Meetfrequentie: jaarlijks

Verantwoording: 

De getoonde aantallen en bedragen voor de jaren 2013 t/m 2018 zijn van toepassing op het moment van besluiten over het al dan niet verlenen van subsidie. Mutaties (naar aanleiding van bezwaren, of vanwege wisseling van eigenaar) in een later stadium zijn niet in deze indicator verwerkt.

Zie voor meer informatie over dit onderwerp de pagina Subsidieregeling instandhouding rijksmonumenten (Sim, voorheen Brim).

Gerelateerd

Subsidieregeling instandhouding rijksmonumenten (Sim, voorheen Brim)

  • Subsidie voor onderhoud - aantal aanvragen en monumenten
  • Subsidie voor onderhoud - categorieën en hoogte subsidie
  • Subsidie voor onderhoud - type eigenaar en prioriteit

Gerelateerde publicaties

Brief Minister Bussemaker aan Tweede Kamer d.d. 9-6-2015

Blijf op de hoogte

Ontvang jaarlijks de laatste cijfers van Erfgoedmonitor.nl.

Meld je hier aan

Printvriendelijke versieOpslaan in PDF
Delen:Twitter iconFacebook iconLinkedin icon
  • Home
  • Over deze website
  • Privacyverklaring
  • Alle indicatoren
  • Onderwerpen
  • Specials
  • A tot Z lijst
  • Nieuws & updates
  • Nieuwsoverzicht
  • Updates

Contact Informatie

Smallepad 5
3811 MG Amersfoort
(033) 4217 421
routebeschrijving

Postadres
Postbus 1600
3800 BP Amersfoort

Infodesk

Voor inhoudelijke vragen
(033) 4217 456
info@cultureelerfgoed.nl

Volg ons ook op:Twitter iconAbonneer op onze nieuwsbrief